Bij een serie geschakeld systeem zijn alle zonnepanelen als een serie aan elkaar geschakeld. Hierdoor zijn alle panelen zo sterk als het zwakste paneel. Geeft één paneel minder opbrengst dan heeft dit invloed op de gehele PV installatie.
Bij een parallel geschakeld systeem wordt elk paneel los van elkaar geregeld. Als één paneel minder opbrengst heeft, heeft dit geen invloed op de rest van het PV systeem.
PV- systeem kan op twee manieren aangesloten/gemonteerd worden. Voordat we een offerte uitbrengen analyseren we met specialistische software het dak. Als er geen hinderingen aanwezig zijn en er geen kans op schaduw is, worden de zonnepanelen bijna altijd serie geschakeld aangesloten.
Is er kans op schaduw slag of varieert de hellingshoek van de zonnepanelen? In dat geval adviseren wij dan een parallel geschakeld PV-systeem. De monteurs installeren aan elk zonnepaneel zogenaamde optimizers of micro-omvormers, waardoor een paneel dat minder opbrengst heeft geen invloed heeft op de opbrengst van de overige zonnepanelen.
Een aansluiting bestaat uit de aders (+ beveiliging) die de meter in uw meterkast verbindt met het elektriciteitsnet.
De grootte van de aansluiting bepaalt hoeveel stroom geleverd word. U heeft thuis een 1-fase-aansluiting of een 3-fasenaansluiting.
Veel huizen zijn via een 1-fase-aansluiting aangesloten. Bij een 1-fase-aansluiting komt een kabel uw huis binnen. Die kabel bevat twee aders: de fasedraad (zwart of bruin) en de nuldraad (blauw).
De spanning op uw stopcontacten is het verschil tussen die ene fasedraad en de nuldraad. Als u een 1-fase groepenkast in uw meterkast heeft staat er 220/230V op uw elektriciteitsmeter. De 1-fase-aansluiting is op de factuur van de energieleverancier te herkennen als 1×25/1x30A.
Bij een 3-fasenaansluiting komen drie faseader van ieder 230 V uw meterkast binnen. En de nuldraad. De 3-fasenaansluitingen zijn grotere aansluitingen dan de 1-fase-aansluitingen. Ze leveren een groter vermogen.
Als u een 3-fasen groepenkast in uw meterkast heeft, staat er 3×220/230V of 380/400V op uw elektriciteitsmeter. Er komen in totaal ook vier aders – de drie fasedraden en de nuldraad – uit de onderkant van uw groepenkast. De standaard huisaansluiting is de 3x25A-aansluiting.